Er worden steeds meer regels door de overheid op de vrije sector gelegd om beleggers in toom te houden, maar terugkijkend was 2020 een topjaar. Zo steeg de interesse in het corona jaar enorm, er werd in heel Europa 60,7 miljard euro geïnvesteerd in vastgoed en dat is zo’n 18 procent meer dan het vijfjarig gemiddelde. En van dat percentage werd 22 procent in specifiek woningen geïnvesteerd (in Nederland lag dat zelfs op 41 procent), en dat was weer het grootste aandeel in 10 jaar tijd. Beleggingspanden is big business.
Welk land staat dan op plek 1 en 2?
Volgens onderzoeker Frank Verwoerd van Colliers is dit de reden: ‘De hoge huurprijzen en de lage risico’s maken huurwoningen een aantrekkelijke investering en dit zal voorlopig ook zo blijven’, zo zegt de onderzoeker. ‘Een lage plancapaciteit door een gebrek aan ruimte en transformeerbaar vastgoed zorgt ervoor dat het nieuwe aanbod de groeiende vraag de komende jaren niet kan bijbenen.‘
Investeringen zijn nodig om woningmarkt problematiek bij de wortel aan te pakken
De overheid denkt dat er nu na meer bemoeienis op de vrije huursector (denk aan overdrachtsbelasting, opkoopverbod, etc.) minder interesse komt van de buitenlandse en binnenlandse beleggers. Echter, in andere steden is al gebleken dat dreiging van strengere lokale regels niet zorgen voor minder interesse om te investeren. Ze laten zich niet afschrikken, de markt blijft interessant. Dit is ook eerder gezien in Berlijn.
Voor de Nederlandse beleggers is het nu nog de tijd om aan te kopen omdat de prijzen nog veel hoger zullen schieten. En investeringen zijn in bijna elke Europese stad juist nodig om de woningmarkt problematiek bij de wortel aan te pakken; namelijk het grote tekort.